![]() |
Ja, sinds eind februari liggen we al op St. Maarten. Nou ja, niet al die tijd natuurlijk. We zijn tussen door ook nog in St. Bartelomeus, St. Kitts, St. Eustatius en Antigua geweest. Heel leuke tijd gehad en weer veel nieuwe kennissen opgedaan en vriendschappen van vroeger aangehaald. " Noem er een paar!" "Nou wat dacht je van de Witte Raaf, de Zeevonk, de Vivente, de La Luna, Flying Swan, Rebel en nog veel meer."
Maar omdat we geen aantekeningen hebben gemaakt zijn de meeste indrukken al weer verdwenen voordat we ze hier neer geschreven hebben. Eigenlijk baalden we een beetje.
"Hoe komt dat nu?" zou je kunnen vragen. En het antwoord is lang! "Droomden jullie niet om het Panama kanaal door te gaan en de grote Pacific op te varen? Galapagos, Polynesie, Tonga, Fiji, New Zealand?"
" Jazeker, maar vanwege Hans z'n ziekte hadden we eerst de plannen op een laag pitje gezet. Nadat zijn tumor verwijderd was gloorde er weer licht aan de horizon. Alles geregeld en we gingen weer varen. "Kijken of we varen en het leven aan boord nog leuk vonden." Nou, dat zat wel snor, uiteindelijk is het leven aan boord in de tropen, en ook het varen daar, natuurlijk heel leuk!!!!
Tijdens onze tocht naar de Virgen eilanden hoorden we dat het Amerikaanse zeiljacht "Quest" door Somalische piraten gekaapt was en dat de bemanning was neer geschoten. Bij die Somaliers is een mensen leven geen dubbeltje waard. Een week of wat later wordt er een Deens jacht gekaapt met een echtpaar en twee kleine kinderen aan boord. Voor ons was toen de maat vol. Het wordt daar alleen maar erger en dat ontneemt ons de lol om er naar toe te varen.
De piraten vlek is inmiddels al tot aan Madagaskar en de Westkust van India uitgevloeid. Omdat de grote vrachtschepen steeds beter beschermd worden, wordt het voor de jachtjes weer veel gevaarlijker. Je zou dan rechtstreeks vanuit Australie naar Zuid Afrika moeten varen. Dat is een waardeloos stuk Oceaan, daar hebben we al helemaal geen zin in. Het wordt rustig in het Panama Kanaal!
Ja, wat dan te doen? We kunnen weer langs de eilanden in de Carib varen, maar dat is niet iets nieuws meer voor ons. Of naar New York, zoals nu veel jachten doen die eerst naar de Pacific zouden gaan.
"Ik denk dat we maar naar Europa varen," stelde Hans voor. " Is eigenlijk de enige optie," antwoordt Anja. "Wil je dan naar de Middellandse zee?" " Uhhh, nee liever niet." is Hans z'n reactie.
En zo varen we rond tussen de eilanden om uiteindelijk weer op St. Maarten uit te komen. We hebben het daar wel naar onze zin. Vaak naar de "Lagoonies" voor een happy hour en een hapje. Veel leuke mensen en een heerlijk klimaat. Langzamerhand gaan we de boot in orde maken voor de volgende grote oversteek. Er hoeft niet zo veel te gebeuren, de Fiddle is in top conditie. We prikken een datum, 9 mei. Niet vanwege het weer, meer vanwege de maan. Vanaf dat moment wordt die steeds groter en zullen we de eerste week zeker geen zwarte nachten hebben.
Op hetzelfde moment realiseren we ons dat dit ons laatste "tropische eiland" is. Nou, daar wordt je pas echt somber van!
08 mei 2011.
Morgen gaan we vertrekken! We hebben een hele berg boodschappen gedaan, eten en drinken genoeg voor een dikke maand. Anja is weer dagen bezig geweest om alles bij elkaar te scharrelen en in de boot een plaatsje te geven. Hans heeft de techniek gecontroleerd, diesel tanks gevuld, olie ververst van onze diesel, filters vervangen enzovoort. En dat zonder elkaar te veel in de weg te lopen.
We
denken dat deze tocht ongeveer 2.400 mijl zal zijn, zeg maar zo'n 4.500
kilometer en we vinden dat een klote eind! Daarbij vergeleken was onze oversteek
van Europa naar Trinidad een makkie.
Hadden
we toen de passaatwind altijd van achteren, nu moeten we echt opletten waar we
gaan varen, want nu zitten we tussen de depressies en het Azoren Hoog.
Met
enige nauwkeurigheid kunnen we het weer voor de komende 4 of 5 dagen inschatten,
maar deze overtocht gaat al snel drie weken duren, dus we weten niet wat
halverwege of tegen het einde voor ons klaar staat. En juist dat maakt het reuze
spannend. Nou ja, wij zijn er klaar voor en ons bootje ook, dus we zullen wel
aankomen!
09 mei 2011. Dag 1.
Rond het middaguur halen we het anker op. Hans bindt het voor de zekerheid extra stevig vast, je weet maar nooit. De dinghy hebben we gisteravond al op het voordek gesjord. "Alles in in orde," roept Hans naar Anja die de boot tussen de andere schepen weg manouvreert. "We gaan. Het is net zo'n grijs en somber weer als toen we eind februari hier aan kwamen." Vervolgt hij. "een uitgelezen moment om te vertrekken!" roept Anja terug. Een half uurtje later vedwijnen Simpson Bay met zijn bebouwing en de jachten die daar voor anker liggen uit het zicht. |
![]() |
We varen
een kruisrak tussen Anguila en St. Maarten. De eilanden werden steeds kleiner en
rond 12 uur in de nacht was ook het lichtschijnsel aan de hemel verdwenen.
Alleen op de donkere grote Oceaan, maar een bijna half maantje fleurde de hemel
op.
10 mei 2011. Dag 2.
Vanmorgen
een prachtige zonsopkomst, die alleen Anja gezien heeft, Hans lag nog
lekker te slapen. Bijna de hele dag een beetje kunnen zeilen, maar sinds
vanavond een uur of zes staat toch de motor aan. En we denken dat die nog
wel een dag of twee onze rust zal blijven verstoren. We
moeten door een windstilte gebied varen om bij de uitlopers van de grote
depressie boven Bermuda aan te komen. Vandaar kunnen we waarschijnlijk
meeliften tot halverwege de Oceaan. Daarna zien we wel weer
verder.
"Waarom
dan gisteren vertrokken als je wist dat er bijna geen wind zou zijn?"
Je kunt
heerlijk in slingeren op een vlakke Oceaan die ontstellend mooi is als er
bijna geen wind staat. Alleen een flauwe deining. Prachtig!
En we moeten weer wennen aan wacht lopen en andere etenstijden. Eten we
normaal aan het begin van de avond warm, nu eten we om drie uur 's-middags
onze hoofdmaaltijd. En omdat de zee zo rustig is kunnen we buiten op de
doghouse eten. Uit onze plastic "niet morsen"
eetbakjes.
Waar
we zijn? 19 graden 47 min Noord en 62 graden 33 min West. 146 mijl gevaren
waarvan 105 in de goede richting. Dus nog een heel eind te gaan. We liggen
nu op rechtstreekse koers naar de
Azoren.
De
sfeer is heel gezellig aan boord. Mazzel heeft bijna een uitgeput vogeltje
gevangen wat aan boord geland was uit te rusten. En na een van de mooiste
zons ondergangen van het laatste jaren schuiven we onze eerste nacht op de
Atlantische Oceaan in.
11
mei 2011. Dag 3.
Vandaag hebben we echte Cake!!
12
mei 2011. Dag 4.
We
zijn nog steeds op weg naar de Azoren en met dit tempo gaan we ons record
breken. Al drie en een halve dag onderweg en we hebben nu 400 mijl achter
de rug. Dat is een dag gemiddelde van 116 mijl en zo langzaam zijn we nog
nooit gegaan! En dan ook nog driekwart daarvan op de motor.
Om
triest van te worden? Nou nee hoor. Zo comfortabel als het nu gaat hebben
we ook nog niet eerder op de Oceaan gehad. Eigenlijk gaat het best lekker
zo.
Vanmiddag om half een. Hans ligt heerlijk te dutten, schrikt ie opeens wakker. De motor valt stil. "Dat is niet goed," denkt hij. Nog een beetje slaapdronken klimt hij uit zijn bed en strompelt naar de kajuitingang. "Hoi," zegt Anja, "er staat wind, ik ben maar gaan zeilen. Heerlijk die rust!" "Gelukkig, ik dacht dat de motor de geest had gegeven!"
Hans
helemaal enthousiast: "Dan kan de halfwinder omhoog!" Een hoop gesjouw
volgt en na een half uurtje staat onze kleurenpracht mooi bol aan de
schoot te trekken. "Vijf en een halve knoop, dat is de moeite wel waard!"
Even
later doemen de buien al weer in het Westen op. "Wat gaan we hier mee
doen?" vraagt Hans aan Anja. "Opruimen maar weer?" Zo gezegd zo gedaan.
Het ding draait zichzelf in de frut en lijkt nu op een wijnglas.
Teleurgesteld proppen we hem weer in de
zeilzak.
"Altijd
ellende met dat ding, morgen gaan we dat anders doen!" "Ja, en dat zal ook wel
moeten, want de komende vier of vijf dagen hebben we een klein beetje wind in de
kont. Dan zal die toch weer omhoog moeten."
Met
het grootzeil en de genua op lopen toch nog ruim 4 knoopjes. (Bijna 8
Km/u)
We
eten een heerlijk diner en om 19.00 uur is het tijd voor het "Nederlandse
Netje," op de kortegolf zender. Voor de kenners, nog steeds op 8101 Khz. We
horen een paar Nederlanders met elkaar praten en geven zelf ook onze visie. Er
liggen nog een paar Nederlandse schepen op St. Maarten en nog eentje, de
Vivente, op de Virgens. Iedereen wacht op beter vertrekkers weer. "Nou, wij zijn
onderweg en hebben tenminste al een stukje afgelegd," merkt Anja
op.
Hans
gaat nog een dutje doen, om half 11 begint zijn wacht. "Die dut wat af," denk je
nu?
Om
half elf schrikt hij wakker. De motor wordt gestart. "Weg
rust".
"De
wind is op," verontschuldigt Anja zich. Ja, en zo hobbelen we langzaam verder
naar ons doel. Naar Flores of meteen naar Horta. Flores is een heel mooi eiland,
maar Horta op Faial heeft een speciaal zeilers cafe. Dat is volgens onze
voorgangers ook een must!
13
mei 2011. Dag 5. 23.00 uur.
Positie
23 graden 20 min Noord en 58 graden 57 min West.
En
nu hebben we echt 454 mijl gevaren. In totaal dus.
"Hans,
luister eens. Ik heb vannacht je nieuwsbriefje gelezen. Je schrijft daar dat we
een laagte record aan het breken zijn en dat we 400 mijl hebben afgelegd. Nou is
die 116 mijl per dag helemaal niet zo slecht als je kijkt dat bijna alles
gemotord is. We hebben echter pas 333 mijl gevaren wat maakt dat het etmaal
gemiddelde maar 95 mijl is. En dat is voor ons een echt record!" "Oeps, wat een
vrouw hè?"
Vandaag
nog een restje Cake van eergisteren.
Grootzeil
aan bakboord en aan stuurboord gehad. Kotterfok aan bakboord en aan stuurboord
gehad met de boom er in. Weer opgeruimd en toen de genua met de boom er in aan
stuurboord en het grootzeil gereefd met de bulletalie aan bakboord. En dan ben
je zo weer een paar uur verder! We hebben de 8 knopen even aangetikt, maar nu
lopen we tussen de 6,5 en 7,5 knopen. De wind is gedraaid naar het zuidwesten en
de Oceaan heeft weer haar vertrouwde witte kopjes. De sleepdynamo hangt
overboord, dan hebben we genoeg stroom om dit berichtje te
maken.
Het
weer staat ook hier op zijn kop. De depressie waar we mee wilden liften is terug
naar het Westen getrokken, en lost nu op. Dat is dus helemaal tegen de regel,
want die depressie moet via het Engels kanaal bij jullie voor echt Nederlands
weer zorgen. Het "Azoren hoog" groeit alleen maar groter en gaat er
waarschijnlijk voor zorgen dat we over een week een groot hoge druk systeem
hebben op de Oceaan.
Met
een beetje pech hebben we dan over een dag of drie weer een paar dagen
geen wind en daarna een beetje wind tegen. Houdt de mens op z'n
hoede!" Het
wordt weer donker en de Fiddle gaat onder gereefd grootzeil en volle genua
op de boom de nacht in. Anja
heeft vandaag voor VIER dagen vooruit gekookt. De groente begint
verouderings verschijnselen te tonen. Op deze manier kunnen we een paar
dagen langer vooruit.
En
Hans heeft ontdekt dat er nog maar een stuk of 12 blikjes bier zijn en dat
terwijl we misschien nog wel drie weken onderweg zijn!
14
mei 2011. Dag 6.
De
dagen rijgen zich aaneen. Moet op de klok kijken welke dag het is. Dat geeft een
goed gevoel.
Afgelopen
nacht is het steeds harder gaan waaien. Uiteindelijk stoof de Fiddle met dik
acht en soms over de negen knopen door het water. Tijd om naar buiten te gaan en
er wat aan te doen. Hans staat in de kuip en ziet de hekgolf van de boot steeds
hoger worden. We rollen zo erg dat de gangboorden bijna door het water
gaan. "Die genua moet weg," denkt hij nog. Alweer een roller en hij ligt languit
in de kuip.
Anja
komt uit bed naar de trap. "Gaat het allemaal een beetje? Wel veel herrie buiten
zeg!" "Nee, het gaat helemaal niet, die genua moet weg, maar dat krijg ik alleen
niet voor elkaar!" roept Hans boven het geweld uit.
Aan
bakboord zien we felle lichten. Het is een schip wat we niet op de radar kunnen
vinden, die echo valt weg in de regen. Ook niet op de AIS.
Anja
viert de schoot en Hans probeert de genua in te rollen. Ergens gaat er wat fout
en een luid geklapper overstemt de herrie van de wind en golven. De genua zit in
de knoop om het voorstag.
"Laten
we bakboord draaien, dan valt het voorzeil in de luwte van het grootzeil,
misschien dat ie dan uit de frut gaat!" Maar aan bakboord komen de grote
schijnwerpers steeds dichter bij en hun navigatie verlichting is niet te zien.
Even later hebben we de klus geklaard en Anja kruipt weer in haar warme nestje.
De lichten varen achter ons langs, op minder dan 100 meter. "Die hebben ons niet
gezien, te druk bezig met vis schoon maken op het achterdek." Geen schepen op de
Oceaan? Geen wacht houden?
Om
vijf uur begint het te schemeren. Het ziet er dreigend uit. Grijs, geen zon en
hoge golven. Hans wacht tot het wat lichter is en maakt Anja wakker. “Anja, het
is half zes, jouw beurt." Doodmoe kruipt Hans in bed. Rond acht uur schrikt hij
wakker. Klapperende zeilen en de boot ligt zonder voortgang te rollen als een
gek. "Anja, ben je nog aan boord?" Roept Hans verschrikt. "Ja hoor!" De wind is
volledig weg gevallen en het regent bakken water. Anja zit in haar zeilpak in de
kuip......
Zeilpak????
En
als je nu naar buiten kijkt? Half drie in de nacht, vanuit een heldere hemel
tovert de maan zijn glinsterend spoor over de bijna vlakke zee. Positie 24
graden 08 minuten Noord en 57 graden 15 minuten West. We hebben er 561 mijl op
zitten, nog steeds in de goede richting. Oh ja, nu varen we weer op de
motor.
15 mei 2011. Dag 7.
Pos. 24 graden 23 min. Noord en 55 graden 58 min
West.
Eergisteren zijn we boven de Kreeftskeerkring
uitgekomen, We hebben de tropen verlaten! Sinds 2 december 2005 heeft ons bootje
van de tropen met het fijne klimaat en het lekkere warme water kunnen genieten.
Eergisteren is daar plots klaps een einde aan gekomen.
Hans voelde het al langer, de vloer wordt steeds
kouder. Mazzel had het ook al in de gaten. Die ligt overdag niet meer onder de
kaartentafel te slapen, in zijn favoriete plekje. "Vroeger was dat mijn
holletje, de koudste plek in de boot. Ja, nu nog steeds de koudste plek, maar ik
zoek nu naar een warmer plekje. Mag ik op de bank?".
Vanmorgen om half vijf stak de wind weer op,
een beetje, maar genoeg om te zeilen. Het nachtrif uit het grootzeil, de
genua bij en we lopen toch weer mooi 4 knopen zonder dat de diesel
voorraad wordt aangesproken. We zetten de windvaan aan en geven hem de
hele dag de vrije hand. We varen tussen de buien en daardoor draait
constant de windrichting en sterkte. Dan stuurt de windvaan veel beter dan
de elektrische automaat. Uiteindelijk komen we ruim 50 mijl verder
naar het oosten uit. Prima, we moeten die kant ook op!
Verder was het maar een saaie dag. Niet veel
te doen aan boord, zelfs Hans is een boek aan het lezen! Mensen die hem
wat beter kennen zullen wel denken: "Dat moet dan wel heel saai zijn als
hij gaat lezen!"
16 mei 2011. Dag 8.
Dat was weer een drukke dag, Hans heeft z’n boek al
uit !
Pos. 24 graden 42 min. Noord en 54 graden 26 min
West, we hebben er al 735 mijl opzitten en dat is gezien de omstandigheden, geen
of bijna geen wind, helemaal zo slecht nog niet. We hebben bijna de helft op de
motor gedaan.
We kennen nu de oceaan al zo’n jaar
of zes en we hebben er al heel wat gezichten van gezien. Maar bijna een
volle week op deze plas zonder dat er witte koppen op de golven staan, dat
kennen we eigenlijk niet. De deining is nu ook helemaal
verdwenen, we gaan dus niet meer omhoog en omlaag. Dat geeft Hans de
gelegenheid om eens boven te controleren of alles nog in orde
is.
En een oceaan zonder deining geeft een
strakke horizon aan het einde van al dat blauw. Heel mooi en apart. Dit
zullen we missen als we straks weer op die bruine wateren rond Nederland
zitten! “Dat gaat nog wel even duren….” “Ja inderdaad. Als we naar de
weerkaarten en gribfiles kijken zal het op zijn minst nog een week zo door
gaan. We moeten zuiniger met de diesel omspringen.
Bij ons vertrek in St. Maarten
hadden voldoende om zo’n etmaal of negen op de motor te kunnen varen.
Daarvan hebben we er nu al 3,5 opgesoupeerd.
Maar hoe ver kom je onder zeil als er geen wind is
of slechts een klein beetje uit de verkeerde hoek?
Gelukkig hebben we niet veel wind nodig met onze
Fiddle. Op dit moment, het is nu middernacht, is de zee helemaal vlak, een
spiegel voor de bijna volle maan die zorgt dat je buiten gewoon naar je zeilen
kunt kijken en zelfs een boek zou kunnen lezen. Bladstil en nog steeds kruipt
ons bootje met een vaartje van dik 2 knopen vooruit, en nog bijna in de goede
richting ook!
Af en toe doemt het spook van de Joshua op. Die
zeilboot heeft in 2006 iets van een dag of elf op de oceaan rond gedreven. Geen
wind, geen brandstof meer en ook geen stroom meer. Konden niemand laten horen
dat alles oké was want de zender doet het niet zonder
stroom.
En wij? De zon schijnt bijna niet want elke dag is
de hemel bewolkt. De zonnepanelen hebben dus geen opbrengst. Onze windgenerator
geeft geen stroom als het niet waait en onze sleepdynamo geeft pas stroom als we
4 knopen varen en dat is meestal niet het geval.
“Maar dan zijn jullie heel zielig,” horen we jullie al denken. “Nee hoor, we hebben zo’n herrieschopper met een trek touwtje er aan, en 25 liter benzine.
"Ja, en de Vagebond heeft er
maar 18 dagen over gedaan." Dit zijn de dingen waar we zoal over praten. Hans
start de website van de Vagebond op en "inderdaad, die zijn in 18 dagen naar de
Azoren gevaren! Kwam natuurlijk omdat ze met z’n drieën aan boord waren. Dan wil
je wel doorvaren." grapt Hans. "Nee, zonder gekheid, die hebben de hele weg best
veel wind gehad. Die konden met de frontjes meeliften."
En zo kleppend varen we onze
negende dag binnen. En wij hebben nu van die 2200 mijl pas 820 mijl afgelegd en
nog ruim 1500 te gaan. "Klopt niet!"
zul je denken. "Nou, we hebben dan wel 820 mijl afgelegd, maar natuurlijk niet
helemaal recht naar de Azoren, we slingeren een beetje, vandaar."
Boatwatch: S/V Nergal, 50Ft ketch, white hull, bleue stripe. Left
Isla Margarita for St. Maarten 18-04-2011. Has not yet
arrived.
Nu is dat nog erger. Toen wij er vijf jaar geleden waren lagen
er ruim 150 boten voor anker in de baai. Tegenwoordig liggen er nog geen 15
meer. Iedere zeiler mijdt dat en de omliggende Vezuelaanse eilanden als de pest.
Dag
10.
naar bed en weer om half elf er uit. Dan
Anja in het voorverwarmde bedje tot half vijf of zes in de ochtend de volgende
dag. Dan Hans er weer in tot een uur of tien. Anja heeft zo een slaaptijd van
een uur of zes, en vaak zeven. Met gevolg dat ze helemaal uitgerust is. Hans
heeft de lange nachtdienst en doet overdag nog een dutje. Het bevalt ons
uitstekend!
op moeten nemen. Dat
maakt het helemaal echt!
19 mei 2011 dag 11.
Positie: 28 graden 34 minuten Noord en 52 graden 45 min West.
Driekwart maantje verlicht de
zee. We zijn het enige toplichtje in een cirkel van misschien wel 100 mijl.
Nodeloos stroomverbruik maar we laten het toch lekker
branden.
De wind is naar het Noord
Oosten gedraaid. "Nou," zei de windvaan vanmorgen, "dat los ik wel voor jullie
op hoor! Ik blijf gewoon zo hoog mogelijk voor jullie aan de wind sturen. Maar
naar het Noord Oosten kan ik natuurlijk niet, ik kan niet tegen de wind in. Ik
kan wel naar Noord West sturen, da's ook goed hè?"
En dat is dus de verkeerde
kant heen. Dus vandaag zijn we slechts 34 mijl dichter bij de Azoren gekomen.
Maar het is mooiiiiiii! Blauwe plas met water, bijna helemaal vlak, zacht windje
van een knoop of 10. We hebben het comfort van een catamaran, stabiel
horizontaal. Alleen niet de snelheid van een catamaran. Bij 2,3 knopen houdt het
echt op.
Even aan kijken hoe het
verder loopt. Met een beetje pech moet de dieselkraan weer open. Als we nu
zorgen dat we overmorgen 200 mijl verder zijn, komen we weer in een gebiedje met
een beetje wind uit de goede hoek. Ik ben bang dat we dat op deze manier niet
halen............... De Fiddle heeft meegelezen. Ineens varen we weer 3,1 knoop.
Nog steeds te langzaam dus. Oeps, nu al 3,6! We gaan zelfs al een beetje meer de
goede richting. Wat een schip!!
En een uurtje later? Toch
maar de dieselkraan open………….
20 mei 2011 dag
12
Positie: 29 graden 15 min N en 51 graden 40 min W.
Maantje is alweer wat kleiner
geworden, en een paar uur geleden voer er een zeilboot in de
buurt!
Vanmiddag paniek op de
Oceaan! Op het netje om 18.00 uur: “Hans heb je Herb gehoord?” (Herb is een
beroemde weer goeroe die schepen begeleidt over de Oceaan). “Nee, ik was bezig
met onze eigen weergegevens binnen te halen.”
“Nou, hij waarschuwde een
ander jacht dat die beneden de 28 graden Noorderbreedte moest blijven omdat die,
als hij door zou varen, in een storm terecht zou komen!” “En?” vroeg Hans. “Wij
zitten al op 29 graden Noord!”
Even stilte, daarna: “Wij
draaien naar het zuidwesten.” “Nou,” antwoordt Hans, “ik ga de hoogte die we
moeizaam hebben opgebouwd niet weggooien door naar het zuidoosten of zuidwesten
weg te lopen. Ik heb het idee dat, als we een beetje naar het noordoosten door
lopen, we best voor de ellende weg kunnen zijn.”
Maar twijfel slaat toe aan
boord van de Fiddlesticks. Anja en Hans overleggen. “Het is niet zo verstandig
om voor een frontje langs te gaan, als dat sneller gaat dan verwacht, zitten we
er midden in!”
Dus we verleggen toch de
koers naar het zuidoosten, maar dat wordt al gauw naar het zuiden want de wind
draait.
De wacht gaat in, Anja gaat
naar bed. “Welterusten, om half zes roep ik je wel,” zegt Hans. Maar het hele
verhaal zit hem niet lekker. Hij haalt weer nieuwe Gribfiles binnen en die zijn
weer helemaal anders dan die van vanmiddag. Het hele veld met harde wind zakt naar
het zuiden, als we nu doen wat het andere schip suggereerde zitten we over een
paar dagen ook in de shit.
Hans start de motor weer, die
overigens al bijna de hele dag gelopen heeft. Koers naar het Noordoosten! Anja
wordt wakker van de herrie en komt kijken. “Lukt alles?” “Ja hoor, we gaan weer
varen. Kijk maar op het beeldscherm.”
“Als die zo doorvaren, varen
ze zo het slecht weer in,” merkt Anja op.
We varen nu weer 4 knoopjes
op alleen de zeilen, gewoon recht naar de Azoren. Morgen zien we wel weer
verder.
21 mei 2011. Dag 13.
Positie 29 graden 45
minuten noord en 51 graden 07 west.
We hebben het laatste
etmaal maar liefst 41 mijl afgelegd. Over records breken gesproken? Dit is een
absoluut dieptepunt! Maar we zijn er nog
niet, de komende dagen zal het zo blijven.
Tussen ons en de Azoren ligt een frontje, nee, eigenlijk liggen wij er
midden in. En om een front draait de wind tegen de klok in. En, zoals het
altijd met frontjes gaat, de noordoost kant geeft de meeste wind. Daar
gaat het de komende dagen tussen de 20 en 25 knopen waaien met
uitschieters van 30. Nu is dat allemaal niet zo'n drama, we hebben wel
meer gehad. Alleen....................
nu moeten we er tegen in en dat is dom om te
proberen.
Als je geen keus hebt is het anders, maar we hebben nog keus, dus blijven we hier een beetje dobberen. Het is niet anders.
Overigens is het
frontje een dikke 1000 mijl in diameter, verder dan de afstand van Groningen
naar de Middellandse zee. Daar vaar je dus niet even omheen
hoor!
Dobberen, midden op de
Oceaan? Ja, gaat nog goed hoor. We drijven nu met 1,2 knoop naar het oosten.
Morgen weer met dezelfde snelheid naar het westen. Kan zijn dat er morgen een
beetje wind is, dan kunnen we een beetje heen en weer
zeilen.
Omdat we midden in dat
frontje zitten zien we de zon en de maan natuurlijk ook niet. Alles is echt
ouderwets grijs. En ook dat zal nog wel een paar dagen zo blijven. De sfeer aan
boord is goed en we zijn nog steeds enthousiast, maar over een paar uur zijn we
14 dagen onderweg en nog steeds niet op de helft.
Omdat er al dagen bijna
geen wind is, is het leven natuurlijk wel heel comfortabel en Anja tovert de
heerlijkste gerechten op tafel. En daarnaast hebben we elke dag vers
brood.
Maar wat een beetje
begint te knagen is de onzekerheid over het weer. En de frustratie over onze
snelheid begint ook parten te spelen. Op nog geen 50 mijl afstand liggen een
paar Nederlandse schepen. Eentje is zelfs een week na ons vertrokken uit St.
Maarten. Die heeft dus in een week evenveel gevaren als wij in twee weken. Hij
had altijd fijne wind. Maar nu heeft ie pech, hij mag bij ons in de buurt komen
dobberen. Zelfs hij kan niet meer vooruit! Ja, het weer doet wat het wil, daar
hebben we geen invloed op. Rest ons nog wachten en een boek.
22 mei 2011. Dag
14.
Positie: 29 graden 33 minuten Noord en 52 graden
05 West.
Ik hoef hier geen
dagafstand meer te melden, je kunt aan de positie zien dat we de verkeerde kant
op varen. Het dobberen was vanmorgen afgelopen, de golven werden te hoog. Dus
sindsdien zeilen we weer. Eerst onder vol tuig, maar dat werd al ras minder. Nu
onder dubbel gereefd grootzeil en een puntje genua gaan we met een vaartje van 4
knopen helemaal de verkeerde kant op.
Ik denk dat we nog wel
een paar dagen hier blijven hangen, in de wachtkamer van de Atlantische Oceaan.
De "Rebel" een
Nederlandse boot die ook telkens op ons netje is, is vanmorgen vertrokken uit
onze wachtkamer. "Op naar de Azoren'" zei hij nog. Vanavond was hij weer op het
netje. "Hans, er zijn nu echte stormwaarschuwingen. Het ziet er naar uit dat we
daar 4 dagen last van hebben. We draaien af naar het zuiden." "Gelukkig dat
jullie dat doen," was ons antwoord.
We varen tussen de
buien door, dan veel te veel wind en dan weer weinig. De Noordzee is er niets
bij. En het is koud.......
23 mei 2011 Dag
15.
Positie: 28 graden 29
minuten Noord en 52 graden 58 minuten Zuid.
We hebben
iets meer dan honderd mijl gevaren en onze afstand naar de Azoren is met honderd
mijl toegenomen, dus we varen weer naar de verkeerde kant. Nu nog 1356 mijl te
gaan.
Wat een waardeloze dag.
Vanmorgen met kotterfokje en 2 keer gereefd grootzeil met een veel te grote
snelheid de verkeerde kant op gevlogen. Weg van het slechte weer, we zijn het nu
wel zat.
De barometer daalde in
de laatste 24 uur van 1023 millibar naar 1009 millibar. Daar komt dus echt shit
weer uit, en dat hebben we gemerkt. In deze periode is de wind ook 160 graden
gedraaid en dan krijg je een echte heksenketel van golven. Die rollen zo bij je
aan boord, soms van twee kanten tegelijk.
Tijdens de buien een
zicht van 50 meter en minder. Wel fijn zo’n buien, in een minuut tijd is de zee
een stuk vlakker. Alleen jammer dat dat maar voor eventjes is. Nu ik dit schrijf
jankt en loeit de wind weer door het want. Maar er komt verbetering, aan elke
storm komt immers een eind! De laatste twee uur is de barometer van 1009 naar
1011 opgelopen en een half uurtje geleden waren er weer sterren te
zien.
Maar
zowel de Inmarsat als de andere weerberichten geven nog steeds voor de komende
twee dagen wind die op loopt tot 35 knopen met vlagen van 40. Dat is dus
windkracht 8 tot 9. Gelukkig zitten we niet op de Noordzee, daar is dit soort
weer een drama. Hier hebben we veel ruimte, we kunnen elke richting heen
weglopen zonder dat er zandbanken of veel scheepvaart is. Ook als dat dan de
“Verkeerde kant” op is. In plaats van de drie weken welke we ingeschat hadden,
zal deze tocht wel vier weken gaan duren……………………….
24 mei
2011. Dag 16.
Positie: 28 graden 52 minuten Noord en 51 graden 11 minuten West.
Gisteren nog 1356 mijl te gaan naar de Azoren, vandaag nog maar 1264! Barometer 1014 millibar.
“Het
lijkt wel of mijn neus weer verbrand is, wie had dat nu
verwacht?”
Prachtig
weer geweest, de hele dag. Uit de folder. We hebben zelfs een happy hourtje
gedaan in de kuip bij ondergaande
zon!
We
varen nu recht naar de Azoren toe. Voor zo lang dat duurt natuurlijk.
Vannacht overstag gegaan. We
zijn nu bijna op de plek waar we vijf dagen geleden ook lagen!! Het blauwe
bootje zijn wij. Van de ene ster naar de andere is 24 uur. Je kunt zien
dat we wel even de verkeerde kant op gevaren zijn.! We noemen deze plek op
de oceaan onze " wachtkamer".
De
berichten op de Inmarsat, de geschreven weerberichten en de gribfiles lopen nu
wat meer met elkaar in de pas. Dat maakt de keuze voor ons ook wat praktischer.
We zijn met drie andere Nederlandse boten uit onze wachtkamer vertrokken. Er
wordt nog wel een windje van 25 tot 30 knopen aangegeven, maar we merken er
weinig van. Er wordt ook nog wel geroepen dat er een tropische storm in de
maak is, dat zou dan de eerste orkaan van het seizoen gaan worden. We zijn die
paniekzaaiers een beetje beu geworden. Dat frontje ligt nog steeds stationair
ten westen van Afrika en dat zal daar nog wel even
blijven.
Onvoorstelbaar hoe wispelturig het weer is en hoeveel gezichten de
Atlantic ons de laatste week heeft laten zien.
Het is
weer nacht. De zee is best wel weer vlak en de halve maan heeft weer zijn
vertrouwde lichtspoor op het water. Zo hard we gisteren baalden, zoveel zin
hebben we er nu weer in!
We zijn
bijna op de helft en Mazzel heeft weer een vis gevangen. Op het netje vanmiddag:
“Ivo, wanneer denk je aan te komen op de Azoren?” “Voor de jaarwisseling!” “Ohh, dan hebben we nog tijd
genoeg….”
25
mei 2011. Dag 17.
Positie
29 graden 26 minuten Noord en 50 graden 26 minuten west.
Toch
weer een mijltje of 50 dichter naar de Azoren. We zijn de depressie die ons nu
al zo lang bezig houdt eindelijk kwijt. Hij gaat oplossen, zo noemen ze
dat.
Vandaag
heerlijke chili con carne! Met gehakt! Dat was smullen. "Waar haal je nu die
gehakt vandaan? Zo lang hou je dat toch niet goed." zul je denken. "Die heeft
Anja in 2005 geweckt in die glazen potjes van HAK
groente."
Ja,
en die gehakt zit nu dus al 6 jaar en bijna 15000 mijl hobbelen en stampen in
zo'n potje en het is nog net zo vers als toen! En we hebben nog genoeg kip en
gehakt voor de rest van de reis.
Een mooie dag uit de folder. Lekker gezeild met de genua en kotterfok. Vol grootzeil wat we net voor de avond van een reefje voorzien hebben. Goed gedaan, anders hadden we het nu midden in de nacht kunnen doen.
De
andere Nederlandse schepen hebben het ook goed gehad vandaag. Lang leve
onze korte golf zender, er wordt wat afgeklept op de oceaan. Heb
ik zo-even een nieuwe weerkaart binnen gehaald via die kortegolf zender.
Daar staat op dat "ons" frontje geen afscheid van de Nederlandse schepen
wil nemen. Hij komt ons achterna! En hij verplaatst zich sneller dan dat
wij kunnen varen. Komen we daar nou nooit van af? (de
L onder in het kaartje). Verder
weinig te
melden.
26
mei 2011. Dag 18.
Positie: 29 graden 47 minuten Noord en 49 graden 29 minuten West. Weer een mijl of 60 dichter bij ons doel.
In
2007 zaten Helga, Rene en Frank van de “Vagebond” na 18 dagen zeilen op de
Azoren in Café Sport een lekker biertje te drinken. “En wij?” “Wij zijn nu
precies halverwege St. Maarten en de Azoren,” antwoordt Anja, “en wij komen er
ook wel hoor. We hebben eten voor nog wel een maand of twee aan
boord.”
En
alweer is het een dag uit de folder! En ook weer gezellig op ons Nederlandse
netje. Omdat we toch niets te doen hebben, maar ook omdat het weert telkens zo
snel verandert, hebben we naast ons avond netje ook nog een ochtend netje.
Ivo van de “Rebel” en die
twee van de “Fiddlesticks” hebben het in St. Maarten samen opgestart.
Inmiddels zijn de “Faya Lobi”
en de “Present” bij het netje
aangesloten.
In de verte horen we soms nog
de “Sinergy.”
Deze laatste, een wat oudere
maar heel mooie racebak, is net op tijd voor het front wat ons in de wachtkamer
duwde, door gegaan en is nu al dicht bij de Azoren.
En dan moet er nog ergens de
“Nix”varen, een X yacht van een meter of 18 lang. Die gaat sneller dan het
geluid……………
En nog een solo zeilende
Engelsman op een 15 meter lange Amel. Hij heeft twee opstappers die in de Azoren
weer naar huis vliegen. Hij heeft dus haast en zit al drie dagen in wind van 30
tot 35 knopen noordoost. Hakken aan de wind. En dat precies in het stuk van de
Atlantic waar wij niet in wilden.
“Als we dan keuze
hebben, geef mij dan onze gezellige wachtkamer maar!” “Ja,”antwoordt Anja,
“als je opstappers hebt, heb je vaak geen tijd voor
wachtkamers.” En wij?
Wij varen over een
helblauwe oceaan met een mooie blauw lucht, een zacht briesje, met een
vaartje van 4 knoopjes recht op ons doel af. “Zolang we onder de 30 graden
Noorderbreedte blijven kan ons niets over komen. De laatste restjes
puinhoop liggen daar boven, “ zegt Anja. “Maar de Azoren liggen toch op 38
graden Noorderbreedte?” Zo
was het vanmiddag.
En nu? Nu is
het middernacht.
Dezelfde deining, een heldere
lucht. Zelfde snelheid en zelfde koers. Duizenden sterren. Over een uurtje komt
het laatste restje maan boven de horizon. Zo hoort het te zijn, op weg in de
oneindigheid. En precies zo hadden we het ons voorgesteld, in 2000, alweer elf
jaar geleden.
“Dus alles is Oké
?”
“Nee, vanmiddag hebben we het laatste wijntje en biertje opgedronken.”
27 mei 2011. Dag
19.
Positie: 30 graden 31 minuten
Noord en 48 graden 05 minuten west.
Nog 1075 mijl naar de
Azoren.
Vanmorgen alles grijs en nat
en de wind kwam ook van alle kanten af. Om 5 uur, bij de zonsopkomst, de motor
gestart. Om 10 uur weer uitgezet, lekker windje uit de goede hoek. En het grijs
vertrekt en er komt blauw en zon voor in de plaats.
Vanavond tumult op het netje. Over veel wind en drie maal gereefde grootzeilen. Het weer gaat veranderen lijkt het. Iedereen had zijn weer huiswerk al klaar, behalve wij. Wij hebben lekker in de kuip in de zon gezeten. Volgens de gribfiles krijgen we de eerste twee dagen lekker 15 knopen wind uit het zuidoosten. Kunnen we recht naar de Azoren varen!! Heerlijk toch? Maar gribfiles hebben soms grote afwijkingen. Dat ze gemiddeld 5 knopen windsnelheid te laag aan geven weten we al langer, maar soms gaan ze echt de mist in.
“Misschien dat we toch nog
een weerkaartje en een Inmarsat bericht binnen moeten
halen”?
Anja tekent deze
gegevens in op onze grote weerkaart, dan is het allemaal wat
duidelijker.
SECURITE
NORTH
ATLANTIC NORTH OF 31N TO 67N AND WEST OF 35W
SYNOPSIS
VALID 1800 UTC MAY 27.
24 HOUR
FORECAST VALID 1800 UTC MAY 28.
48 HOUR
FORECAST VALID 1800 UTC MAY 29.
WARNINGS.
..GALE
WARNING...
LOW S OF
AREA 29N53W 1015 MB MOVING W 10 KT. OVER FORECAST
WATERS
WITHIN 420 NM NE SEMICIRCLE NE WINDS 25 TO 35 KT. SEAS 9 TO
15 FT.
24 HOUR
FORECAST LOW S OF AREA 30N57W 1014 MB. WITHIN 420 NM NE
SEMICIRCLE NE WINDS 20 TO 30 KT. SEAS 8 TO 14 FT.
48 HOUR
FORECAST LOW S OF AREA 29N59W 1017 MB. WITHIN 480 NM NE
QUADRANT
NE WINDS TO 25 KT. SEAS TO 12 FT.
Uit dit
berichtje blijkt dus dat we een puist wind krijgen, minimaal voor de eerste 24
uur. En weg lopen kan niet want het verplaatst zich met een snelheid van 10
knopen in onze richting, en wij kunnen niet zo snel.
En dat terwijl
de barometer lekker blijft stijgen, nu al op 1020
Millibar.
Dus gauw het
tweede rif er in, net voor het donker. Morgen of misschien straks weten we meer
over het weer te vertellen.
Op Bermuda
liggen ook nog een paar Nederlandse schepen te wachten voor de
oversteek.
Half drie in
de nacht. Laatste stuk van de genua ingerold. We varen nu onder dubbel gereefd
grootzeil en de volle kotterfok. Voeren we zo-even met dat stuk genua er bij nog
een dikke 5 knopen tegen de wind en golven in, nu nog maar 3,5 tot 4 knopen.
Stuk comfortabeler.
Anja probeert
te slapen, maar dat lukt niet helemaal. Veel te veel herrie en gejank van de
wind maar vooral van de golven. Hans zit zich te vervelen. “Laat ik maar een
nieuw weerberichtje binnen halen,” denkt hij, “zoals het nu gaat lopen, daar ben
ik niet zo happy mee.”
Een
kwartiertje later een krakend en tjirpend geluid op de radio en het weerbericht
verschijnt op het beeldscherm. “Zo nu nog even intekenen op de
kaart.”
En wat blijkt?
Het gebied met het vuile weer schuift een beetje naar het noorden. “Daar krijgen
we dus alleen maar het staartje van mee en da’s mooi.” Hans voelt zich weer wat
beter. Hij klikt zijn harnas vast en gaat naar buiten. “Goed vast houden vriend,
je ligt nu zo onderuit.”
Hij steekt
zijn hoofd boven de doghouse uit. “Wat is dat nou, een groot schip zo vlakbij?”
Hij schrikt zich het apen lazers. De Fiddle loeft een beetje op, en weg is het
licht. Er komt een flinke golf over en Hans bukt net op tijd. Daarna hoofd weer
omhoog en kijken. “Shit, het is het eerste puntje van de maan die recht voor
onze boeg op komt!” Met een bonzend hart ziet hij de maan steeds meer vorm
krijgen. “Gelukkig! En wat is het mooi!”
28 mei 2011.
Dag 20.
Positie: 31
graden 07 minuten Noord en 46
graden 26 minuten West.
De barometer
is blijven stijgen, nu al op 1023 Millibar. Een waardeloze grijze rot dag
met veel meer wind dan ons lief is. In de loop van de middag neemt de wind een
beetje af en blijft rond de 28 knopen hangen. Tegen de avond nog iets minder
maar toen de nacht viel weer terug naar het “veel te hoog” niveau. En dit blijft
nog wel een dag of drie door gaan.
Dat zijn dus
vooruitzichten welke een mens een beetje somber maakt. “Maar het moest
natuurlijk ooit een keertje komen. In die zes jaar dat we nu onderweg zijn is
dit eigenlijk de eerste keer dat we zo’n slecht weer hebben.”
Komt Hans
terug uit de kuip. “Bootje doet het goed joh! Als je die golven daar ziet.”
“Nou, ik vind dat wij het ook best goed doen hoor!” “Ja, maar ik bedoel nu toch
ons bootje. Het water komt echt met bakken over, we maken smakken van een paar
meter en wij hoeven niets te doen. Vorige week de windvaan voor het laatst
ingesteld en hij vaart nog steeds hoog aan de wind richting zijn einddoel. En
ondanks al dat vliegende water, komt er geen druppel naar binnen. Helemaal
droog! We komen uren achtereen niet eens buiten en alles gaat gewoon
verder.”
Op het
avondnetje: “Herb heeft een waypoint gegeven, als we daar onder blijven komt
alles goed,” zegt Ivo. Da’s ongeveer 400 mijl richting
Azoren.
Len van de
"Present" vult aan: “Als we van daaruit pal oost gaan varen en niet meer
richting Azoren komen we als vanzelf bij een nieuwe depressie uit waarvan het
staartje ons zo naar het noorden zal blazen, naar Flores of Horta. (Azoren dus.)
“Piece of
cake,” denkt Hans nog, “voor we het weten zijn we er!! Dat is dus wat Rene
bedoelde in zijn mailtje.”
Nog 981 mijl
te gaan naar Horta en 100 mijl minder als we naar Flores gaan. “De andere
Nederlandse schepen gaan eerst naar Flores.”
En wij? We
zien wel als het zo ver is. Geen afspraken maken.
29 mei 2011.
Dag 21.
Positie: 32
graden en 22 minuten Noord en 45 graden 12 minuten west.
Barometer stand 1026 millibar.
Er is weer een
“Boatwatch".
Dit keer een
zevenenzestig jarige solozeiler op zeilboot van 9 meter lang, zonder mast. En veel brandstof zal hij wel niet meer
hebben. Nog zo’n 200 mijl van de Azoren vandaan.
“Na al die
mooie eilanden die we gezien hebben blijft Bonaire nummer een. Niet dat het
zo mooi is. Er zijn zelfs mooiere eilanden met meer groen en grote stranden. Het
is de sfeer, de mensen, de Nederlandse taal, het kleinschalige en niet te
vergeten het klimaat. Het zeewater is daar momenteel 30 graden. Het mooiste
stukje Nederland.” Mijmert Hans als hij de zeewater temperatuur in de gootsteen
op meet. “Oeh, nog maar 22 graden. We hebben weer een mooie dag gehad. Niet
helemaal uit de folder, nou ja, uit de folder van een goedkoop reisagentschap
dan?”
Op het netje
is iedereen weer enthousiast. Er komt nu een einde in zicht. Het weer blijft
voorlopig mooi, elke dag een beetje minder wind. En er komt een frontje aan wat
de laatste dagen van de tocht zuiden wind zou moeten gaan geven. “Dat frontje is
al goed op de weerkaarten te zien,” moppert Hans, “ik hoop dat het niet te dicht
bij komt.” GALE staat er bij, storm in het Nederlands.
Was het
gisteren nog 981 mijl te gaan naar Horta, nu nog 890. We gaan nog steeds de
goede kant op. Nu een windje van een knoop of 20 en nog steeds gaan we er bijna
recht tegen in.
“En dat begint
een beetje vervelend te worden. Vanaf we uit Bonaire op 6 januari vertrokken tot
vandaag hebben we 3162 mijl gevaren, waarvan zeker 2500 aan de wind,” rekent Hans uit.
“Dus we leven
al 2500 mijl op een scheef hangend, hobbelend en stampend schip.” Hij schuift
het toetsenbord weer op zijn plek. “Elke regel die ik toets heeft minstens twee
schrijf fouten. Wat wil je, een been schuin op de vloer of tegen het deurkozijn
van de WC. Steunen op je linker arm en dan ook nog typen op een toetsenbordje
van 2 tientjes uit Trinidad waarvan de toetsen blijven hangen. Tobben blijft
het.”
30 mei 2011.
Dag 22.
Positie: 33
graden 51 minuten Noord en 43 graden 34 minuten West.
Barometerstand
1027 millibar.
Weer een mooie
dag, lekker gezeild. Verder, hoe is het mogelijk, niets te melden! Zelfs op het
netje niets nieuws!
“Oh wacht
even! Nog te gaan 777 mijl naar Horta, of 682 naar
Flores".
31 mei 2011. Dag
23.
Positie 34 graden 37
minuten Noord en 41 graden 45 minuten West.
Barometerstand 1024.
De groep Nederlanders
vaart eerst naar Flores en een paar dagen later naar Horta. Flores is 100 mijl
dichterbij en we hebben er allemaal wel zin in om ergens AAN TE KOMEN! We gaan
dus met ze mee. Voor ons nu ook nog 582 mijl. We zijn weer een stuk dichter bij
ons doel.
Vandaag een mooie dag
geweest en voor het eerst sinds een dag of 10 hebben we de windvaan bijgesteld.
De wind is naar het zuiden gedraaid dus nu varen we ook niet meer aan de wind
maar bijna met halve wind.
Verder niets te melden, ik ga lekker slapen.
“Psssssssstt,
Psssssssstt, zachtjes Hans slaapt en Anja zit buiten een boek te lezen. En
nou ga ik het weer eens proberen. Hans zegt dan wel dat er verder niets te
melden valt, nou er is nog zat te melden hoor!” “Als Hans ligt te
slapen en Anja een boek zit te lezen, wie ben jij dan?” zul je
denken. “Nou, ik ben
Mazzel, de scheepskat. Ik woon nu al zes jaar hier aan boord, en
toevallig, ik ben nu ook al zes jaar oud. Die twee sjouwen mij al bijna
15000 mijl mee en eigenlijk ben ik het helemaal zat. Niet dat ze niet goed
voor me zorgen hoor, wat dat betreft heb ik het helemaal naar mijn zin.
Maar vroeger was alles
anders. Toen voeren we met de wind mee. Passaat noemen ze dat. Dan rolt de boot
een beetje, maar het dek en zo blijft dan lekker droog. Ik zat dan de hele nacht
in het gangboord te wachten tot er een visje aan boord sprong. En dan een sprong
van mij en ik had het visje.
De laatste paar maanden
is alles anders. We varen nu bijna elke dag en nacht tegen de wind in. En dat
is niet leuk joh! Alles drijf nat van al het water wat over de
boot spoelt. Ik kan helemaal niet meer op het gangboord zitten wachten tot er
een visje komt. Voor ik het weet spoel ik over boord! Ik zit meestal op een
kuipbank te wachten tot er een visje komt. Nou, dat is pas drie keer gebeurd in
de laatste drie weken! Vroeger had ik er drie per nacht! Wil ik binnen naar mijn
etensbak lopen, dan schuif ik helemaal in de hoek. En als ik niet weg schuif,
dan schuift de drinkbak wel weg, of hij valt alweer om. En als ik niet meer over
het dek kan rennen, dan wordt zo’n boot klein hoor!
Ik zei al, ik ben het
eigenlijk helemaal zat. Maar dat is nog niet alles. Had ik in Bonaire net mijn
dikke vachtje weg gegooid, daar was het altijd mooi weer. En nu? Ik zit hier te
vernikkelen van de kou. Gelukkig jaagt Hans me niet meer van de bank af, dan heb
ik nog een beetje een warm plekje. Hij begrijpt me wel.
Nee, ik heb het er
helemaal mee gehad. We zijn nu al 23 dagen onderweg en er zal nog wel een dag of
zes bij komen voordat we er zijn. Komen we op Hans z’n verjaardag aan, da’s
leuk. Kan ie iedereen een biertje geven op de wal. En ik mag dan weer niet mee.
Moet ik weer op de boot passen.”
“Mazzel wat zit je daar
te doen achter die computer?” roept Anja uit de kuip. “Dadelijk zit het
toetsenbord weer vol met jouw haren!”
“Ze leest gelukkig weer
verder, kan ik ook weer verder schrijven. Boek zal wel spannend
zijn.”
“Hoe gaat dat nou, met
die twee samen op jullie boot, zo lang elke dag op elkaars lip?”
“Ik wist dat je dat aan
mij zou vragen. Goed van mij hè? Nou ja, ik ben natuurlijk ook een heel speciale
kat. Nou, maak je geen zorgen, met die twee gaat het heel erg goed hoor. Ze zien
elkaar ook niet zo vaak want ze slapen nu om de beurt. Zien ze mekaar maar acht
uur per dag. Nou, dat houden ze wel vol hoor!
Overdag zitten ze dan
vaak te praten en ik ga er dan een beetje bij in de buurt liggen. Een kat moet
wel weten wat er gebeurt hoor. Nou hebben ze het al een tijdje over dat ze de
boot willen gaan verkopen. Nou, dat vind ik dus een heeeeeel goed idee! Hoef ik
tenminste niet mee door dat stomme Panama kanaal! Want dan had ik nog een jaar
of vier op de boot moeten blijven, en je weet het, ik heb het eigenlijk wel
gehad hier op die boot. Willen ze in augustus in Nederland zijn. Die zijn ook
zot, het is nog een heel eind varen, dat redden ze
nooit.”
“Mazzel, zit je nu nog
op de kaartentafel?” roept Anja weer. “Als Hans je ziet jaagt ie je er van af,
dat weet je toch?”
“Ja, maar jij jaagt mij
hier niet van af. Anja is een schat, die is eigenlijk veel liever dan Hans.
Waar hadden we het nu
over? Nou, in elk geval was de vorige week de kogel door de kerk. Zo noemen
mensen dat, wat ze er mee bedoelen? Een hele kat die dat snapt! Oh ja, die kogel
door de kerk, ze gaan hem dus echt verkopen die boot. Hi, hi, zit ik over een
paar maanden weer lekker in het bos tussen de vogels en
eekhoorntjes.
Nou zitten ze allebei
weer vol enthousiasme nieuwe plannen te maken. We kunnen nog heel veel andere
leuke dingen gaan doen zeggen ze dan stralend. Nou, ik word altijd een beetje
zenuwachtig als ze zo zitten te kletsen.”
“En wat voor plannen
hebben ze dan Mazzel?” “Zie je wel, ik wist dat je me zou gaan uithoren. Als ik
dat vertel, nou dan krijg ik dus echt op m’n donder. Mooi niet, van mij horen
jullie niks meer! Zo, nu gauw verzenden en niemand aan boord weet wat ik gedaan
heb. Goed van mij
hè?”
Vriendelijke groet van
Mazzel a.b. van de Fiddlesticks.
1
juni 2011. Dag 24.
Positie: 35 graden 30
minuten Noord en 38 graden 53 minuten West
Barometerstand 1016.
Op het netje weer
zenuwachtige stemmen. Als we pech hebben krijgen we weer 35 knopen wind over ons
heen. “Wij gaan wat lager varen, dan vliegt het frontje waarschijnlijk ten
Noorden langs ons heen,” zegt Hans en klimt naar buiten om de windvaan anders in
te stellen. “Laten we het tweede rif er ook maar weer intrekken, anders moeten
we dat straks in het donker doen.”
“Dat rif zit er zo in,
dat hebben we al zo vaak gedaan, dat kunnen we met de ogen dicht,” en Anja komt
ook in de kuip..
Hans gaat naar bed en
Anja draait de eerste wacht. Na een uurtje wordt Hans wakker van de herrie. De
wind loeit door het want en het water spoelt over de boot. “Alles Oké? “ roept
Hans vanonder het dekbed. “Nou nee, het gaat wel erg hard nu, ik heb het idee
dat dit fout gaat lopen.” Hans komt zijn warme bedje uit, “laten we dan de genua
maar een stuk inrollen.”
Allebei naar buiten,
Anja viert de schoot en Hans rolt het zeil een stuk weg. De Fiddle krijgt wat
minder helling, dus het vrijboord aan de windkant wordt ook wat lager. En meteen
rolt er een golf de kuip in. En dan rolt Hans over de kuipvloer. “Godverdomme,
wat heb ik hier een hekel aan,” terwijl hij overeind klautert. “Pijn gedaan?”
vraagt Anja. “Nee, valt wel mee. Maar ik snap Mazzel wel, ik heb het onderhand
ook wel gehad hier. Deze tocht gaat te lang duren, hier heb ik geen zin meer
in.”
Mazzel kijkt alles op
een afstandje aan. “Kijk, Hans begint mij ook te begrijpen!, dat wist ik wel!
Nou gaan we ineens toch
niet naar Flores toe maar rechtstreeks naar Horta. De plannen worden hier per
minuut veranderd. Weer 100 mijl verder. Ik denk niet dat we op Hans z’n
verjaardag aankomen. Dan zijn we al vier weken onderweg!” Met een hoop lawaai
breekt er weer een golf over de boot. “Vannacht blijf ik binnen, buiten is het
hondenweer, niks voor katten.”
2
juni 2011. Dag 25.
Positie: 36 graden 01
minuten Noord en 37 graden 28 minuten West.
Barometerstand 1016, heeft op 1012 gestaan vanmorgen.
Wat een rot dag!
“Tien voor tien,” Hans
struikelt uit zijn bed, “tijd voor het netje!” “Maak ik nog gauw koffie,” Anja
vult de ketel. Hans kijkt naar buiten, alles is pikzwart. “Goede morgen in
paradijs?” vraagt Hans zich af en zet de zender aan. Afstemmen op 4.192 Khz. En
een luid gekraak vult de kajuit. “Dat wordt dus niks
vandaag.”
Tussen het ruisen en
kraken door in de verte de stem van Len van de “Present” . Dat schip vaart een
mijl of 30 achter ons. “Fiddlesticks Fiddlesticks, hier de Present, Hans ontvang
je mij?” klinkt het in de verte. “Ja, Len, ik ontvang je heel onduidelijk maar
ik kan je verstaan,” antwoordt Hans. “Maak je spullen in orde want wij hebben
hier beestenweer en dat komt jullie kant op!” roept hij. Daarna is het contact
weg vanwege storingen op de zender.
“Wat zegt ie nou?”
vraagt Anja. “Er is slecht weer onderweg naar ons!” “Komt er hier dan geen
einde aan?” vraagt Anja zenuwachtig. “Ik begin het nu ook wel een beetje zat te
worden hoor!”
“Ja, wat moeten we doen? Het grootzeil heeft al twee reven, nog een derde er in?” vraagt Anja. Hans heeft er helemaal geen zin in, het regent met bakken en de golven rollen over het dek. “Laten we de rest van de genua ook maar weg rollen,” roept Hans boven de herrie uit. Dat valt niet mee, maar tien minuutjes later zijn ze weer binnen.
Na een
half uur zakt de wind helemaal in elkaar en stil wacht de Fiddle en haar
bemanning op wat er komen gaat. “Ik ga de sleepdynamo nog even binnen
halen.” ”Wacht, ik help even mee,” roept Anja Hans na. We trekken de 30
meter lijn naar binnen.
“Op passen, hier
zitten een stel van die draden van zo’n Portugees oorlogsschip.” “Ja, ik zie ze,
niet inpakken dus!”
We trekken het grootzeil bijna naar het midden en de bulletalie strak. “Daar kan niks meer mee gebeuren. De windvaan staat ook goed, afwachten maar. Laten we maar naar binnen gaan.”
Een kwartier
later.............. een bulderend geluid en de Fiddle licht plat op haar
oor. “Daar gaan we!!” De boot begint met een vaartje van en knoop of twee te
lopen, schuin tegen de wind in. De herrie buiten wordt steeds erger en het lijkt
alsof we in een achtbaan zitten. Fiddlesticks springt als een jonge hond door de
golven. “Hij houdt zijn kop wel in de goede richting joh! Lang leve de windvaan,
dat krijgt die elektrische nooit voor elkaar.
Hans steekt zijn hoofd
door het schuifluik en kijkt van onder de doghouse in het rond. “Anja,” roept
hij, dit heb ik nog nooit zo gezien. “De koppen waaien met heel lange slierten van de golven
af, alles stuift in het rond. We hebben een zicht van misschien 50 meter!” En
voor het eerst in de negen jaar die we de Fiddlesticks hebben gaan de kleppen
voor de kajuitingang. Hans herkent de golven van het plaatje in het boek “Zwaar
weer zeilen”. “Dit is dus een dikke windkracht 9.”
Binnen zitten we op de
bank te wachten wat komen gaat. De storm duurt maar een paar uur en in die
periode is de wind 180 graden gedraaid en vaart de Fiddle weer richting St.
Maarten. “Ja, aan elke storm komt een einde,”zegt Anja nog. “Ja, en aan goed
weer ook. Het is koud, net maar 18 graden.
Nog 448 mijl te gaan
naar de Azoren, waarvan we de laatste drie dagen wel zullen moeten gaan
motoren.
3
juni 2011. Dag 26.
Positie: 36 graden 43
minuten Noord en 35 graden 50 minuten West.
Barometer 1023, Is weer lekker opgelopen.
Ouderwets
heerlijk gezeild, eerst halve wind en sinds de middagpauze hebben we het
grootzeil aan stuurboord en de genua in de boom aan bakboord.
Wat een prachtige dag!
![]() |
Veel dolfijnen om
ons heen en steeds meer vogels. Land in zicht? Nee, dat duurt nog een paar
dagen, maar als het zo ver is hoor je het
zeker! |
Vinden we een mooi plaatje, kan er nog wel bij. Zijn toch wel heel
leuke vissen!
Het gaat wel steeds
langzamer, nu 12 uur in de nacht, nog 3,5 knoopjes bijna de goede richting
heen.
Nog 360 mijl naar Horta
en tot op heden 2.428 mijl gevaren vanaf St. Maarten.
4
juni 2011. Dag 27.
Positie: 37 graden 03
minuten Noord en 33 graden 57 minuten West.
Barometer 1025. Loopt
weer verder op.
Vanmorgen de dag
stralend begonnen en vanavond beëindigd met grijze luchten en motregen. Geen
wind, dus de dieselkraan staat weer wagenwijd open. Morgen weer een beetje wind,
hopelijk uit de goede hoek, anders krijgen we ter afsluiting van deze tocht nog
een kruisrak cadeau.
Nog 269 mijl naar
Horta, er komt geen einde aan.
5
juni 2011. Dag 28.
Positie: 37 graden 38
minuten Noord en 32 graden 05 minuten West
Barometer 1027. Blijft
op lopen.
Tegen 5 uur in de
ochtend, het einde van Hans z’n wacht. Het is al licht en de zon schijnt al meer
dan een uur. Dat klopt wel, want onze boordklok loopt een paar uur achter. Is
fijner voor Anja als ze wakker wordt met een zonnetje.
Het begint zachtjes te
waaien. Hans rolt de genua en de kotterfok ook uit. Met de motor er zachtjes bij
lopen we weer een knoop of 4.
“Wordt een mooie dag.
De zon schijnt en de barometer is weer een puntje omhoog. Alle zeilen staan bij
en de motor ook.”
“Goede morgen,” zegt
ze, “dat die motor loopt hoorde ik al.” “Ja, we moeten snelheid houden anders
zitten we straks in een gebied met 25 tot 30 knopen. Misschien kunnen we het nog
net voor blijven,” zegt Hans met wat twijfel in zijn stem. “Geen schepen gezien
vannacht. Ik kruip lekker in het bedje.” Vijf minuten later slaapt hij als een
jong hondje.
Rond acht uur: “Hans,
Hans je moet wakker worden.” “Wat is er dan?” ‘De boot loopt constant met zijn
gangboord onder water. Je moet even komen helpen.”
“Zet de motor maar uit
en geef het grootzeil maar wat meer ruimte dan komt het wel goed,” en Hans
slaapt weer verder. “Dat ligt heerlijk hier in het achterkajuitje. Ik lig lekker
tegen de wand in plaats van op de matras," denkt hij nog.
Anja zet de motor uit
en viert de grootzeil schoot een stukje. Gangboord weer boven water en tevreden
gaat ze weer naar binnen. Controleert de broodbakmachine even, daarin bakt de
cake. Helaas, het is maar voor eventjes. Een half uur later vaart de Fiddle weer
onder een helling van 35 graden. Hans draait zich even om in zijn nest. Ligt zo
lekker als de boot zo scheef ligt. Vooral dat ruisen van dat water over het dek
geeft hem een geborgen gevoel.
Anja roept weer: “Hans,
Hans, wakker worden. Je moet helpen, de gangboorden zitten weer onder water.
Wordt nou wakker.” Kreunend draait Hans zich om. “Je kunt toch de genua wat
opvieren?” Hij draait zich weer om en slaapt verder. “Je moet komen helpen, de
lier zit nu ook onder water!”
Hans komt zijn bed uit en dat valt niet mee op een boot die zo scheef ligt. Samen gooien ze de schoot los en rollen het zeil binnen. De boot helt nu een stuk minder met alleen een gereefd grootzeil en de kotterfok. De golven zijn hoog en de vaart is er helemaal weer uit. En we vallen te ver af. “We moeten zien dat we 70 graden kunnen blijven varen, anders kunnen we de laatste twee dagen nog gaan kruisen ook,” moppert Hans nog steeds slaapdronken. “Hij gaat de trap af naar beneden. “Als je de motor weer bij zet kunnen we dat net halen.” Anja start de motor en Hans ligt al weer in zijn bed.
Om half tien: “Hans
wakker worden.” “Wat nu weer? We lopen toch goed zo?” “Over een half uur het
netje,” zegt Anja opgewekt. “Koffie komt er aan.”
De zon
is al weer lang achter een grijs wolkendek verdwenen en het ziet er somber
uit daar buiten. De wind neemt weer toe en draait een klein beetje naar
het zuidoosten. De vertrouwde witte koppen komen weer op de golven. De
boot heeft weer flink helling, Hans probeert de cake op de plank te
houden. "Jammer, hij is voor
morgen!"
We zetten de motor uit
en alleen op de kotterfok en het gereefde grootzeil lopen we dik 5 knopen, met
een koers van 72 graden. “Prima!” roept Hans. “Wat een schip hè? Zo’n snelheid, bijna pal in de wind en
dat met deze golven!” roept Hans boven de herrie uit.
We zitten binnen in de
kajuit. Wat moet je anders? Buiten zitten? Er is helemaal niets te zien daar,
alleen maar water. Ineens een enorme dreun en het is donker binnen. Een enorme
golf rolt over het dek, over de doghouse heen, zo in de kuip.”Oeff, da’s een
hoop water!” Door de ramen en het vluchtluik zag je dik water. Geen hemel meer
te zien. De kuip staat tot de rand vol, maar het meeste spoelt weer over het
gangboord weg, zo schuin ligt de Fiddle. “Als we nu een buiskap hadden gehad,
dan waren we hem nu verloren. Die was met deze bak met water zo van het dak af
gespoeld. Ik ben toch wel blij met onze sterke doghouse!”
Tot aan het einde van
de dag blijft de wind door het want loeien. We zijn er voortaan aan
gewend. Hans is morgen jarig!!!!!!
Nog 170 mijl te varen
naar Horta, het eiland van de Hortensia’s. (Wat overigens niets met de naam
Horta te maken heeft.)
6
juni 2011. Dag 29.
Positie: 38 graden 11
minuten Noord en 29 graden 47 minuten West.
Barometer 1029. We varen het Azoren hoog binnen.
Normaal roept
Anja Hans om half elf in de avond. Gisteravond niet. Hij bleef heerlijk
doezelen totdat, klokslag 24.00 uur, “Hans wakker worden, je bent jarig!”
door de kajuit klonk. “Hé joh, je hebt overal slingers opgehangen, wat
lief van je.” “Hartelijk gefeliciteerd met je verjaardag.” Beduusd kijkt
Hans in het rond. Wie had dat nu verwacht, zo op de oceaan? Doodmoe kruipt
Anja in haar kooi, die heeft dus een heel lange wacht
gehad!.
Hans overdenkt de
afgelopen dag nog eens, en haalt wat weergegevens via de korte golf zender
binnen. “Joh, de post blijft maar binnen komen. Allemaal verjaardag mailtjes.
Da’s leuk!” denkt ie, “Ik ben al heel wat keren jarig geweest, maar nog nooit zo
ver op zee. Zelfs een E-mailtje van Anja!”
De wind neemt een beetje af en er kan een stukje van de genua bij. “We moeten nu boven de vier knopen blijven lopen anders komen we in het donker op de Azoren aan,” mijmert Hans. “Nu is de haven van Horta goed verlicht en makkelijk aan te lopen in het donker, maar toch, liever bij daglicht.” Rond drie uur wordt het al licht. De boordklok loopt nog steeds twee uur achter. Fel klimt de zon boven de horizon omhoog. “Dat wordt weer een mooie dag.”
En we komen een tegenligger tegen.
Links schip in zicht!!! Rechts 4 min. later!!
Uiteindelijk wordt de
dag toch weer grijs en zakt de wind voor een groot deel in. “Laten we de motor
maar weer bij zetten,” stelt Hans voor. “Zit er nog genoeg in de tank?” vraagt
Anja. “Twintig liter plus reserve. We kunnen de jerrycan er bij gooien, dan is
die tenminste ook leeg.” Zo gezegd, zo gedaan. Allemaal niet zo simpel op een
rollend schip hoor, van de 20 liter gaan er ongeveer 19 in de tank en de rest
over de kuipbank, vloer en dek. “Rot zooi.”
En nu?
Het is bijna twaalf
uur, einde van de verjaardag.
En verder?
Het is nog maar 55 mijl
naar ons waypiont vlak voor de haven van Horta. We gaan met een vaartje van
bijna 7 knopen recht op ons doel af, de Fiddle heeft wel zin in een paar weken
verdiende rust. “Ik trouwens ook!” denkt Hans. “Nog bijna negen uur te gaan
volgens de GPS. Dat zouden we moeten kunnen halen!”
En dan? “Slapen, slapen
en slapen, en niemand die ons wakker maakt, dat wacht lopen zijn we ook meer dan
zat!”
7
juni 2011. Dag 30.
Positie: 38 graden 31
minuten Noord en 28 graden 37 minuten West. Horta, Azoren.
Barometer 1028 millibar. Midden in het Azoren hoog, maar grijs en fris.
Vier
uur in de ochtend. In de verte, recht voor onze boeg zie je de eerste
contouren van het eiland Faial (links)
en het eiland Pico. (rechts) Rondom Pico hangt meestal een rondje
wolken waar de punt, Pico, boven uit steekt. Wij moeten op Faial zijn. Nog een uur of vier te varen. Hans maakt Anja wakker: “Als je vooruit
kijkt zie je de eilanden al in de nevel liggen. Ik wil nog even slapen,
roep je me om acht uur?”
Die paar uur zijn
zo voorbij. Nu weer de oude routine. Meerlijnen zoeken, stootwillen
zoeken. We laten het grootzeil vlak buiten de haven zakken. Dat is dus
dertig dagen niet meer gebeurd! Gelukkig, het werkt nog! Anja hijst de
vlag van Portugal, die van de Azoren er onder en daar weer de gele Q vlag
voor de douane.
Voor het
havenkantoor bij de douane liggen de boten al drie dik, wij sluiten er bij
aan. “Veel schepen hier!” Aan de beroemde
muur met al haar schilderijtjes er op liggen ze ook al drie dik. Alles
wordt vlot afgewerkt en we krijgen de laatste box die vrij is
toegewezen. Rust!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!
Nog wat
cijfers:
Volgens onze kaart is de rechtstreekse weg van St. Maarten naar Horta bijna 2188 mijl. Wij hebben er 2796 gevaren, dus hebben we 608 mijl verkeerd gevaren. Het grootste deel daarvan hebben we opgevaren in de “wachtkamer” voor de storm. Toen we vertrokken was er na een paar dagen geen wind meer, we hebben toen bijna 180 uur op de motor gedaan, dat is 7,5 dag! We hebben prachtig weer gehad en we hebben echt slecht weer gehad, met te weinig of te veel wind.
Voor ons waren deze 30
dagen een nieuwe ervaring. Ook nu liepen de dagen en de nachten in elkaar over,
zonder enig benul van tijd. Maar 30 dagen is langgggggggggggggg! Hoewel, er
schijnt een paar jaar geleden een Nederlands schip geweest te zijn die er 54
dagen over heeft gedaan. Nou, dan hebben wij het toch heel snel
gedaan!
En wat nou zo leuk is?
Er is helemaal NIETS kapot gegaan tijdens deze tocht!
En
nu?
Lekker slapen en
niemand die ons wakker maakt! We worden vanzelf wel wakker als het tijd daarvoor
is.
En morgen?
Lekker slapen en
niemand die ons wakker maakt! We worden vanzelf wel wakker als het tijd daarvoor
is.